30b. Iets van nepotisme?

                             De ontreddering


Vervolg van punt 6

Terug naar Rietje. Advocaat Nummer 1, die ik na Josties brief had gecontacteerd, had meteen al sterk het gevoel dat die aanklacht tegen mij niet zomaar in elkaar gedraaid wat. Dat is iets wat een gewone burger niet lukt. Hoeveel mensen is de moed in de schoenen gezakt als ze op een politiebureau aangifte wilden doen van een gestolen fiets of verkrachting. Een vlotte afhandeling  zit er niet in.

Maar het is andere koek als "iemand die bij Justitie de weg goed wist"(zoals de advocaat het formuleerde) een absurde aanklacht tegen mij wil optuigen. Dan is het eenvoudigweg een kwestie van lekker voordringen binnen de organisatie waarvan je zelf deel uitmaakt. Wat een verspilde energie, wat een zinloos gefocus op niets.

Aanwijzingen dat het Rietje betreft, die aan de knoppen zit:

  • Ze is degene, die zonder beperkingen de aangifte kon doen
  • Zij werkte op het Openbaar Ministerie
  • Ze had een persoonlijke relatie met die rechercheur. De politie heeft normaal gesproken het druk genoeg met echte criminaliteit. Dus geen tijd voor zo'n onzinnige aanklacht! Tenzij er warme familiebanden bestaan...

Voor wie het interesseert: van de prima advocaat Nummer 1 moest ik dus afscheid nemen, want hij resideerde ongelukkig ver weg van Amsterdam. Hij waarschuwde heel netjes voor onnodig hoge reiskosten!. Vandaar dat in deze teksten advocaat Nummer 2 opduikt, wiens brief aan de politie kennelijk doel had getroffen.

Advocaat Nummer 2 had in die brief aangedrongen op een praktisch tijdstip en goed bereikbare locatie. (Er is trouwens wettelijk niets tegen dat het verhoor in mijn eigen woonplaats door de lokale politie zou worden uitgevoerd). Want waarom zou je naar Amsterdam moeten reizen naar een buitenpost van de politie? Rechercheur Jostie begon door te krijgen dat dit geen vluggertje ging worden. Er moest heel wat overlegd worden, ruggespraak gehouden en gepast en gemeten. En hij had toch al zo'n drukke, overbezette agenda. Druk, druk, druk.

Persoonlijke betrokkenheid                                                                                                                                                      Opvallend en enigszins verdacht is Josties gehechtheid aan het persoonlijk afhandelen van deze zaak. Dat ten koste van liggende zaken: verkrachting, doodslag, fraude, straatovervallen. In de Amsterdamse wijk waar Jostie werkte was genoeg te doeninfluisteren-1.png

"Waar ben ik aan begonnen?" zal hij op een zeker moment hebben gedacht. Dat heldere moment zou komen toen hij ons dekte, dat hij zichzelf in de voet had geschoten. Censuur dwingend opleggen is namelijk een ambtsovertreding. Een integere ambtenaar blijft van de Grondwet  af!

Hij zou na overleg met die "iemand van het OM" – mij en mijn advocaat terugbellen. Ik benadruk nog: dit speelt zich allemaal af in 2012, bijna een koperen jubileum geleden. Overleg met Rietje houdt in dit geval in: zij fluistert Jostie in wat en hoe te handelen. Waarschijnlijk moesten ze elkaar vasthouden van de schrik toen Jostie opgewekt mededeelde dat hij overgegaan was tot het opleggen van censuur. Juriste Rietje moest hem vast uitleggen dat hij het wel kon schudden nu hij  de Grondwet had geschonden.

7. Vermenging met privébelang

aapmouw-5-standard.pngAdvocaat Nummer 2 had in zijn brief bij de politie aangedrongen op een normaal menselijk tijdstip en een goed bereikbare locatie. Maar Jostie wilde dat niet en zeker niet dat het door de lokale politie zou worden uitgevoerd. Hij wilde deze zaak voor zichzelf houden. Dat moest echt te maken hebben met iets in de familiesfeer.

8. Aap uit de mouw

Wat betreft die persoonlijke verwevenheid: stelt u zich dit tweetal voor samen aan het ontbijt… Het heeft er alle schijn van dat Rietje die politieman in haar zak had. Zijn betrokkenheid kwam duidelijk naar voren toen hij in ons telefoongesprek op een gegeven moment de naam noemde van degene die de aangifte had gedaan: Rietje Buigzaam. "Die kent u wel", voegde hij er nog aan toe.

Dat is in zoverre waar, dat ik weet dat die Rietje afkomstig is uit het voortplantingsexperiment van haar lesbische "moeders", die eendrachtig een onnozele zaaddonor hadden getild (Ben van 't Padje). Zij komt als het ware uit het glazen jampotje, dat door Ben was gevuld. Ik werd verondersteld daar coöperatief over te zwijgen.

Ironisch is het daarom, dat er in tientallen jaren geen verjaardagskaart voor haar biologische vader afkon bij Rietje.  Maar ondertussen had ze wel de tijd en de energie om een aanklacht tegen de biograaf van haar vader op te tuigen. Over prioriteiten gesproken.

8. De geheime agenda

Die hele toestand had überhaupt iets weg van een privéklusje, een privéafrekening. Maar daarvoor gebruikte men wel publieke middelen zoals Justitie en Politie. Er is een verrassende factor, die Liedje en Jostie parten zal hebben gespeeld: laat nu net in die periode er binnen Justitie een schoonmaakactie binnen Justitie aan de gang zijn. Dat betrof onderzoek naar het door elkaar lopen van werkzaamheden en privéactiviteiten.  Tijdens het idiote contact met mij zal er op een gegeven moment bij Jostie en Rietje een lampje zijn gaan branden. Vroeg of laat zouden ook zij wel eens aan de beurt kunnen komen als de schoonmaakploeg Justitie binnenstebuiten keerde. 

Bezwarend voor Jostie was dat Jostie zelf het schriftelijk bewijs had aangeleverd van zijn schending van de Grondwet: zijn bevestiging van zijn opdracht per e-mail. Toen dat lampje ging branden zullen zij koortsachtig gezocht hebben naar het wegpoetsen van bewijs. Dit is een hypothese, maar hij klopt als een bus.

Ik loop vooruit op de gebeurtenissen: maar er ging weliswaar geregisseerd – iets helemaal mis met die aanklacht. We zullen zien hoe beëdigde ambtenaren stukken kunnen wegpoetsen.

9. Intimidatie

Voor wie het even kwijt is: daar waar die rechercheur in de fout ging was - toen hij in afwachting van het komende verhoor - over de telefoon dwingende opdrachten gaf. Ik moest mijn "zo erg" creaties alvast van het internet verwijderen. En vooral niet stilletjes opnieuw publiceren, want dan zou hij ingrijpen. Toe maar! Een wonderlijke draai was, dat hij aan het eind van zijn tirade samenvattend zei: "ik ben blij, dat u ze ook zo erg vindt". Zo zie je maar, een mens hoort wat hij per se horen wil. Zijn verhoortechniek had veel weg van een tweegesprek met zichzelf.

10. Specificatie vormt bewijs

Zijn mondelinge opdracht rammelde trouwens flink, toen hij - op mijn verzoek - opsomde welke vreselijke teksten in aanmerking kwamen. Hij kwam erg verward over bij het noemen van de afgrijselijke teksten die het betrof. Eerlijk gezegd herkende ik er maar weinig van. Dat is best amusant als je bedenkt dat ik ze zou hebben geschreven! Dat is een aanwijzing, dat de echte lezeres, die met de lange tenen, Rietje was. Jostie was alleen maar een pion van haar, die uitvoerde wat zij bedacht.

Maar mocht er twijfel bestaan of de Grondwet was geschonden…  Jostie zelf zorgde voor een overtuigend bewijs: namelijk dit e-mail waarin hij specificeerde welke zogenaamd aanstootgevende teksten ik diende te verwijderen.

11. Penibele situatie

Ons tweetal zou alleen maar die schoonmaakactie voor kunnen blijven als ze de geschiedenis terug konden draaien. Daarvoor was nodig dat de idiote aanklacht tegen mij zou oplossen in ijle lucht. Maar hoe doe je dat?

Nou, daar wisten ze wel wat op...

Met dank aan de rechercheurs Joost en Sami voor het meedenken.

Dank ook aan de juridische medewerkster van advocaat Nummer 2 die ontdekte dat er iets raars met de aanklacht was...